Welke soorten dividenden zijn er eigenlijk?

Een dividend wordt meestal toegekend door de jaarvergadering, in verhouding tot het aantal aandelen, en in geld uitbetaald.

Welke soorten dividenden zijn er eigenlijk?

Een dividend wordt meestal toegekend door de jaarvergadering, in verhouding tot het aantal aandelen, en in geld uitbetaald. In afwijking daarvan bestaan er ook tussentijdse dividenden en interimdividenden, preferente dividenden en dividenden in natura. Hoe zit dat concreet in elkaar?

I.                Dividenden op de jaarvergadering, tussentijdse dividenden en interimdividenden

Meestal wordt een dividend toegekend door de gewone algemene vergadering (AV) of jaarvergadering. Deze AV moet u elk jaar houden om de jaarrekening goed te keuren, kwijting te verlenen aan de bestuurders en om een bestemming te geven aan het resultaat, nl. reserveren of uitkeren als dividend of tantième.

Een tussentijds dividend wordt ook toegekend door de AV, maar niet door de jaarvergadering. U moet daarvoor een zgn. bijzondere AV houden. Dat kan op gelijk welk moment van het jaar. Een tussentijds dividend kan uitgekeerd worden uit de beschikbare reserves en de overgedragen winst zoals die blijken uit de laatst goedgekeurde jaarrekening. Een tussentijds dividend is mogelijk in elke vennootschap.

Een interimdividend wordt niet toegekend door de AV, maar door de bestuurders. Vroeger was dit enkel mogelijk in een NV en (de afgeschafte) CommVA, maar sinds de hervorming van het vennootschapsrecht kan het ook in een BV, en in een CV, die we verder buiten beschouwing laten, omdat deze vennootschapsvorm voorbehouden is aan echte coöperaties. Een interimdividend kan maar toegekend worden als de statuten dat toelaten (BV: art. 5:141, lid 2 WVV; NV: art. 7:213 WVV) en kan bovendien enkel komen uit de winst van het lopende boekjaar, en die van het vorige, zolang de jaarrekening daarvan nog niet goedgekeurd is, in voorkomend geval verhoogd of verminderd met de overgedragen winst of het overgedragen verlies.

Zoals u weet is de uitkering van dividenden beperkt door de nettoactieftest en, in een BV, de liquiditeitstest. De nettoactieftest moet in een BV gebeuren op basis van de laatste goedgekeurde jaarrekening of een recentere staat van activa en passiva. De nettoactieftest voor een interimdividend in een NV moet gebeuren op basis van een staat van activa en passiva van maximaal twee maanden oud op het ogenblik van het besluit om een interimdividend uit te keren.

De rv op dividenden bedraagt normaal gezien 30%. Gewone dividenden en tussentijdse dividenden kunnen ook uit een liquidatiereserve komen en dus uitgekeerd worden tegen 20% of 5% rv, maar interimdividenden niet. Het verlaagde tarief van de zgn. VVPR-bis van (op termijn) 15% is in principe voor alle drie soorten dividenden mogelijk (circ. 2021/C/36, 23.04.2021) , wat betekent dat u het 15%-tarief kunt vervroegen door met een tussentijds dividend of interimdividend te werken.

We verduidelijken met een voorbeeld. Stel u heeft uw BV opgericht in 2020 met een inbreng in geld en het eerste boekjaar is afgesloten op 31 december 2020. Stel dat u op de jaarvergadering in het voorjaar van 2023 een dividend toegekend heeft, dan is het tarief van de rv nog 20% want 2022 is pas het tweede boekjaar na het boekjaar van de inbreng. Voor een tussentijds dividend of interimdividend toegekend door een bijzondere AV of de bestuurders in bijvoorbeeld september 2023, is het rv-tarief echter maar 15%, want het gaat dan om een winstverdeling uit boekjaar 2023, dus het derde boekjaar na dat van de inbreng.

II.              Proportionele en preferente dividenden

In principe zijn de aandelen van een vennootschap van gelijke waarde en worden de dividenden er proportioneel over verdeeld (BV: art. 5:41, lid 1 WVV; NV: art. 7:48 WVV) . Stel bijvoorbeeld, in een vennootschap met 1.000 aandelen, wordt een dividend van € 5.000 verdeeld in € 5 per aandeel.

Die proportionele verdeling is niet verplicht. U kunt in de statuten van uw vennootschap afspreken dat sommige zgn. preferente aandelen recht hebben op een relatief groter dividend.

Voor proportionele dividenden zijn in principe alle rv-tarieven mogelijk. Preferente dividenden kunnen uit een liquidatiereserve komen en dus uitgekeerd worden tegen 5% of 20% rv, maar de VVPR-bis is niet mogelijk. Het is immers een voorwaarde voor de VVPR-bis dat aan de aandelen geen voorkeurrecht verbonden mag zijn ten aanzien van de deelname in de winst (art. 269, §2, lid 11 WIB 92) .

III.           Dividenden in geld en in natura

De uitbetaling van een dividend in geld is de normale regel. Dit hoeft niet in de statuten of in de beslissing tot toekenning van het dividend bepaald te worden.

Een dividend kan ook betaald worden in natura, als de betrokken aandeelhouders daarmee akkoord gaan. De waarde van het goed dat als dividend toegekend wordt, moet vastgesteld worden op het ogenblik van de toekenning van het goed en niet op het ogenblik van de materiële overhandiging ervan (advies CBN, 2019/1, randnummer 7) .

Voor dividenden in geld wordt de rv eenvoudigweg berekend op het toegekende bedrag en door de vennootschap ingehouden. Voor dividenden in natura moet voor de berekening van de rv, waarvoor alle tarieven mogelijk zijn, eerst het bedrag van het dividend bepaald worden. Dat bedrag is gelijk aan de verkoopwaarde van de betrokken goederen op de datum van toekenning of betaalbaarstelling van het dividend, zelfs wanneer de werkelijke overdracht van de goederen pas later plaatsvindt (art. 20bis WIB 92) . Aangezien op een uitkering in natura geen rv afgehouden kan worden, moet uw vennootschap zich ‘het bedrag van de verschuldigde rv doen overhandigen’ (art. 261, lid 5 WIB 92) . U doet dit door ofwel effectief de rv privé te betalen, ofwel die toch door uw vennootschap te laten betalen, maar dan moet de rv berekend worden op het zgn. gebruteerde dividend. Wanneer het gewone rv-tarief toegepast moet worden, is het gebruteerde dividend gelijk aan de verkoopwaarde van het goed × 100/70.

Overzichtstabel

 

In welke vennootschappen?

Statutaire regeling nodig?

Lagere rv mogelijk?

Dividend op jaarvergadering, tussentijds dividend, interimdividend

Dividend jaarvergadering

alle

neen

ja

Tussentijds dividend

alle

neen

ja

Interimdividend

NV, BV

ja

VVPR-bis wel, liquidatiereserves niet

Hoeveel dividend per aandeel?

Proportioneel dividend

alle

neen

ja

Preferent dividend

alle

ja

VVPR-bis niet, liquidatiereserves wel

Wat wordt uitgekeerd?

Geld

alle

neen

ja

Natura

alle

neen

ja, eventueel wel brutering nodig